De Loonaanvullingsuitkering (LAU)

De loonaanvullingsuitkering is een WGA-uitkering waar uw (ex-)werknemer recht op kan hebben na afloop van de loongerelateerde WGA-uitkering. Hij heeft recht op een loonaanvullingsuitkering als:

  • De looptijd van de WGA-loongerelateerde uitkering is verstreken, en
  • Uw (ex-)werknemer voldoet aan de inkomenseis: hij verdient tenminste 50% van het loon dat hij volgens UWV nog kan verdienen (restverdiencapaciteit).

Uw (ex-)werknemer hoeft niet aan deze inkomenseis te voldoen als hij volledig, maar niet duurzaam arbeidsongeschikt is. Dat wil zeggen wanneer hij op dit moment door een ziekte of beperking helemaal niet kan werken, maar waarschijnlijk in de toekomst wel weer.

Wanneer uw (ex-)werknemer niet aan bovenstaande voorwaarden voldoet, heeft hij recht op een vervolguitkering.


Hoogte van de LAU

De loonaanvullingsuitkering kent twee varianten:

  • Uw (ex-)werknemer vervult tussen de 50 en 100% van zijn restverdiencapaciteit. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het bedrag dat de werknemer nog met werken kan verdienen. Het gaat dus niet om de werkelijke inkomsten.
  • Uw (ex-)werknemer vervult volledig zijn restverdiencapaciteit of is tijdelijk geheel arbeidsongeschikt. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het nieuwe inkomen.

Duur van de LAU

Het recht op de loonaanvullende uitkering duurt in principe totdat uw (ex-)werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Gaat uw werknemer minder verdienen dan 50% van zijn restverdiencapaciteit? Dan wordt het recht op loonaanvulling beëindigd en krijgt de werknemer in plaats daarvan een WGA-vervolguitkering.


Bovenwettelijke aanvulling AAOP

De LAU-uitkering kan door het ABP worden aangevuld met een arbeidsongeschiktheidspensioen (AAOP).

De Loonaanvullingsuitkering (LAU)

Je ontvangt een LAU als je voldoet aan de onderstaande punten:

  • je bent tussen de 35% en 80% arbeidsongeschikt
  • je verdient minstens de helft van wat je nog kunt verdienen. Het loon dat je nog kunt verdienen is door de arbeidsdeskundige van het UWV vastgesteld.

Ben je volledig arbeidsongeschikt maar niet duurzaam, dan heb je ook recht op een LAU. Wanneer je niet aan bovenstaande voorwaarden voldoet, heb je recht op een vervolguitkering (VVU).


Hoogte van de LAU

  • Verdien je tussen de 50% en 100% van wat je volgens de arbeidsdeskundige nog kunt verdienen? Dan is de loonaanvullingsuitkering 70% van je WIA-maandloon min het bedrag dat je in theorie nog kunt verdienen. Het gaat dus niet om de werkelijke inkomsten.
  • Verdien je 100% van het bedrag dat je volgens de arbeidsdeskundige nog kunt verdienen of meer? Dan is de uitkering 70% van je WIA-maandloon min je inkomen.

Hoe meer je werkt, hoe hoger je inkomen is.


Duur van de LAU

Het recht op de loonaanvullende uitkering duurt in principe totdat je de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Stop je met werken en/of verdien je minder dan 50% van je restverdiencapaciteit? Dan stopt je LAU en krijg je een WGA-vervolguitkering (VVU).


Bovenwettelijke aanvulling AAOP

De LAU-uitkering kan door het ABP worden aangevuld met een arbeidsongeschiktheidspensioen (AAOP).